Een goede vriend van ons werd 40 jaar. Zijn vrouw organiseerde een surprise party. Op het feest raakte ik in gesprek met een man van rond de 64 jaar. Hij vroeg naar mijn werk en ik vertelde hem over mijn uitvaartonderneming. Het gesprek ging daarna al snel de diepte in.
Hij was zelf ook ondernemer en had een vermogen opgebouwd met zijn bedrijf. Hij verloor 10 jaar geleden zijn jongste zoon totaal onverwacht door een eenzijdig verkeersongeval. Hij werd slechts 20 jaar. Wat volgde was totale chaos, ongeloof, onmacht en onbeschrijfelijk verdriet. De glans van het leven was voorgoed verdwenen. Zijn vermogen, status, bedrijf, het kon hem gestolen worden, het interesseerde hem totaal niet meer. Maar hij moest door. Doorgaan voor zijn vrouw, zijn drie andere zoons, zijn medewerkers en zijn klanten.
Een half jaar na het overlijden kwam er een zakenrelatie met een prachtig contract, waaraan hij veel geld kon verdienen. “Thea, zei hij, het was een goudmijn. Toen ik het contract wilde bespreken zei hij; u ziet er trouwens goed uit, het gaat zeker wel weer?
Het was alsof ik door een wesp gestoken werd, zei hij. Wat nou, het gaat zeker wel weer, het gaat nooit meer! Ik heb hem het contract teruggegeven. Hier zei ik, hier heb je het contract en daar is het gat van de deur. Ga eerst maar leren wat het verschil is tussen menselijkheid en geld. Ga mijn kantoor uit!” De zakenrelatie maakte een grote vergissing. Deze vader was niet aan het werk om geld te verdienen, maar aan het overleven om door te kunnen leven na het overlijden van zijn zoon. Door de opmerking “het gaat zeker wel weer”, kreeg hij het gevoel dat het verdriet maar over moest zijn. Dat er klaarblijkelijk ergens een eindpunt is. Hij kreeg het gevoel dat er geen ruimte was voor zijn verdriet en dit ontstak in hem een plotselinge boosheid.
Het geeft aan hoe gevoelig mensen zijn die rouwen, maar ook hoe lastig het is voor mensen die niet rouwen hoe er mee om te gaan.
Voor deze zakenrelatie was het een pijnlijke les. Het zal hem een deuk in zijn zelfvertrouwen en in zijn portemonnee gegeven hebben.
Wat had deze zakenrelatie beter kunnen zeggen of doen?
Hij had beter kunnen vragen: Hoe gaat het nu met u , hoe bent u de afgelopen maanden doorgekomen? Op deze manier had de vader zelf kunnen antwoorden zonder dat er woorden in zijn mond gelegd werden, had hij het gevoel gehad dat er ruimte was voor zijn verhaal en had hij zijn zakenrelatie waarschijnlijk bedankt voor zijn belangstelling.
We maken blunders door bepaalde dingen te zeggen die we goed bedoelen. Andere dingen zeggen of doen we juist niet, terwijl die misschien goed zouden doen. Het is zo lastig.
Maar wat dan? In principe hoef je niet veel te zeggen tegen iemand die rouwt. Ga er heen en vraag je af: wat zou de persoon tegen mij te zeggen hebben, om dan vervolgens oprecht te luisteren.
En als we wat zeggen kunnen onze woorden misschien wat onhandig klinken, maar als ze recht uit het hart komen zijn ze niet snel verkeerd. Het beste is dus om nederig te zijn, maar wel te blijven proberen. Iets doen is altijd beter dan niets, zeker niet als je eerlijk zegt dat je je beperkingen kent.
Meer lezen over wat je beter niet kunt zeggen tegen iemand in rouw? Kijk op www.momentvanbetekenis.nl/wat-je-beter-niet-kunt-zeggen-tegen-iemand-in-rouw.